Het was een bijzondere kerst dit jaar. Als grote mensen met een eigen huis, hadden vriendlief en ik mijn ouders gevraagd te komen eten. En voor zulke speciale mensen moet wel een speciaal maal gekookt worden – de druk bijna ondraaglijk. Veel tijd om hierover na te denken had ik echter niet, aangezien in tijden als deze het leven en dergelijke nogal in de weg zit, en dus bevond ik mij een paar dagen voor kerst met de knagende vraag ‘wat moet er op tafel komen?’. Deze zorgen deelde ik met mijn collega’s in de sauna waar ik elke vrijdagavond de kachel stook, tosti’s laat aanbranden en allerhande sapjes voor mensen pers. Disclaimer: Mocht je een enigszins gevoelige ziel hebben, overtuigd vegetariër zijn of niet willen weten waar vlees vandaan komt, dan zou ik gewoon niet verder lezen.
‘Tja…’, verzuchtte ik, ‘ik had eigenlijk wel een gans of een eend, of zo, willen maken, maar ja, waar kom ik nu nog aan zo’n beest? Dan moet je het bestellen, en ik ben geen vriendjes met een slager!’ Het bleek dat ik meer vriendjes had dan gedacht, en ik daar dus een Evert voor heb, eigenaar van de sauna in kwestie. Hij reageerde meteen: ‘Ik kan wel een eend voor je regelen!’ Een van zijn goede vrienden is jager, en had er nog wel eentje liggen, zo dacht hij. ‘Ik bel wel even.’ Enige tijd later: ‘Ja, hij heeft ze nu even niet, maar morgenochtend schiet hij er wel eentje, is dat ok?’ Slik.
De volgende dag werd me, vanuit een auto bij een bushalte, een plastic zak met twee dode eenden aangegeven, met alles erop, eraan en erin. Eén blik erin en het begon me te dagen wat ik me op de hals had gehaald, maar je gaat ervoor, of niet. En dat zou sneu zijn voor de eenden, want gewoon dood zonder doel vind ik niet tof. Bovendien heb ik een grote mond en nogal een bewijsdrang, en was dus vastberaden twee eenden te plukken en schoon te maken, ook al had ik dat nog nooit gedaan en was het ook nog eens voor het kerstdiner voor mijn ouders. Youtube en de rest van het internet waren, zoals gebruikelijk, mijn leermeester in de kunst van het bereiden van wild. Een eend, leerde ik, moet besterven om een beetje lekker te zijn, bij voorkeur zonder organen en op een koele plek. Een koele plek zonder katten, wel te verstaan, en het balkon was niet zo geschikt vanwege de ongewoon hoge temperatuur voor december en de bijzonder enthousiaste buurkat. De koelkast was dus de beste optie, maar dan moesten ze nog wel even schoongemaakt worden. Moment nummer twee waarop ik me afvroeg waar ik in hemelsnaam aan begonnen was.
Maar de wonderen zijn de wereld nog niet uit, en vriendlief besloot in een heldhaftig moment ook een eend te gaan plukken. Ik weet ook niet wat hem opeens bezielde, aangezien ik normaal degene ben die wegens sterke emotionele verbintenis aan een willekeurige plant het halfdode ding in de prullenman moet gooien, maar vastbesloten stond hij naast me, met een nogal dode eend voor zich. Niet omdat hij het leuk vond, maar vanuit de redenatie, zo verklaarde hij, dat als hij dit niet deed hij eigenlijk ook geen dieren zou mogen eten. Hij is stoer, mijn vent. En lief. En dus plukte hij, zwijgend en geconcentreerd, een eend. Ik daarentegen stond in een bui van fascinatie en zenuwen te ratelen over alle dingen die me opvielen, te binnen schoten en kwijt wilde, en dus vormden wij een bijzondere combinatie.
Met zijn drieën, vriendlief en ik, en een enorm geïnteresseerde kat, stonden wij in de keuken, met handschoenen aan en twee dode eenden op het aanrecht. Ik kan je vertellen: er zitten een hoop veren aan een eend. Een eend plukken bleek een langdurig en secuur klusje, en ik was blij dat vriendlief ook een eend deed. We waren heel netjes, en gooiden alles gelijk in een plastic zak, maar ik vind zelfs nu nog plukjes veren terug. En eend ruikt heel erg naar een soort mengelmoes van kinderboerderij en slootwater. Niet perse plezant, maar ook niet heel smerig. Opwindend, vond de kat. Na een half uur waren we wel zo’n beetje klaar, en hadden we twee kale eenden. Na enig sloopwerk had ik ze ontdaan van een nek en pootjes, en begon het het aardig te lijken op de plaatjes op het internet. Nu moesten ze nog wel schoon – de binnenkant, wel te verstaan.
Een nieuwe Youtube-studie verder was ik er klaar voor, of althans, ‘as ready as I’ll ever be’. Vriendlief vond het nu wel welletjes, en stortte zich op de rol van fotograaf. Kat werd zo mogelijk nog enthousiaster. Het bleek dat er best vieze dingen in een eend zitten. De details zal ik besparen, maar laten we het zo stellen dat ik niet helemaal voorbereid was op wat er uit een eend zou kunnen komen. Op het filmpje ging het allemaal zeer vloeiend, zonder al te veel spetters en kwam alles er netjes uit. In de realiteit iets minder. Waar in het filmpje de man allerlei onderdelen van de eend met twee vingers er keurig uitviste en onderverdeelde in ‘eetbaar’ en ‘niet eetbaar’, moest ik met mijn halve hand plukjes ingewanden eruit schrapen en besluiten dat de meeste inhoud van mijn eend in de laatste categorie zou vallen. De kat was daarentegen enorm in haar nopjes met het rauwe eendenhart en veranderde ter plekke in een spinnende mini-tijger. Het resultaat zag er gelukkige bijna uit zoals in de filmpjes, met iets meer gaten en iets minder vleugel, maar niettemin best aardig. Ik was klaar voor de kerst!
Op eerste kerstdag zelf was de supermarkt open en moest ik toch nog een aantal dingetjes halen. In de supermarkt raakte ik ter plekke in een kerstdepressie en twijfelde ik of ik toch niet een stuk vlees zou kopen wat ik kende en wat mooi en vierkant was en waarvan ik zeker wist hoe dat in een oven moest en waarvan ik ook redelijkerwijs kon vermoeden dat mijn ouders het zouden lusten, maar ik deed het niet. Mijn grote mond en mijn twee dode eenden lieten het niet toe. Gelukkig maar, want dan was dit een stuk minder avontuurlijk verhaal geworden. ‘De kerst dat ik twee eenden weggooide’ klinkt toch minder interessant, zo redeneerde ik. Ik had bovendien al beloofd er een verhaaltje over te schrijven.
Na een nieuwe internetstudie had ik een redelijk idee over hoe lang wilde eend in de oven moest en hoe gaar ze moesten zijn. Het recept wat ik had ging uit van een tamme eend, en die zijn een heel stuk groter. Mijn mini-eenden hoefden dus ook geen twee uur in de oven. Gelukkig maar, anders waren het crackers geworden.
Dat tijdsverschil zorgde wel voor complete chaos – uiteraard moest ik vier gerechten tegelijkertijd afmaken, terwijl ik een recept volgde waarvan de tijden geheel gebaseerd waren op een kooktijd van twee uur, waarin tijd zat voor een saus en dat soort zaken is, maar die tijd had ik dus niet. Chaos. Maar het lukte, min of meer met wat kunstgrepen. De eenden stonden op tafel en ze waren prachtig. Vader en vriendlief maakten foto’s, er waren oeh’s en aah’s en de hoeveelheid eten was voldoende om ook mensen vol naar huis te sturen mochten de eenden onverhoopt toch oneetbaar blijken en daar werd ik innerlijk enorm door gerustgesteld.
‘Kleine zilveren balletjes, dat is dus geen decoratie! Dat is hagel!’, meld ik terwijl ik mijn best doe een eend aan te snijden op en een borst serveer aan mijn moeder. Hond en kat volgen iedere beweging nauwkeurig, en het feest kan beginnen. Er is wijn, er is bier en de tafel is volgeladen. De eend smaakt prima, de pompoen met salie en pijnboompitten valt enorm in de smaak, de radicchiosalade is helaas wat minder lekker, maar de stoofperen zijn zeer kerstig en de aardappeltjes met knoflook en rozemarijn zijn vertrouwd goed. Het is kerst zoals het hoort te zijn, met verhalen die net niet kunnen, iets te veel wijn en te veel eten – vooral mijn vader, die enorm enthousiast is geworden van zoiets cools als wilde eend.
Opeens klinkt een hard, krakend geluid en kijken we allemaal verontrust naar mijn vader, die iets uit zijn mond vist. Twee stukken kies, gevolgd door een klein, glimmend, zilverkleurig kogeltje.
Gelukkig kerstfeest.
De vader
Ach… Ik zal niet de eerste vader / vriend / opa / echtgenoot zijn, die zich na de kerst bij de tandarts moest melden…. zucht !
Papa
Maar wel een prachtig verhaal. Ik heb meerdere malen dubbel gelegen !!
Olaf
Geweldig. Das nog wat anders dan kwarteltjes vlinderen!
Dani
Wow!!!! Wat moedig, een echte eend uitkleden, twee zelfs!